Rondje Monts d’Arrée

We maken een rondje Monts d’Arrée met een wandeltocht van 14 km naar de Menez Mikel.

Brennilis

Brennilis is vooral bekend vanwege zijn kerncentrale Centrale Nucléaire des Monts d’Arrée. Deze experimentele kerncentrale op basis van zwaar water werd in 1967 in gebruik genomen, met een vermogen van 70MW. In 1985 werd besloten om deze te sluiten, mede onder druk van aanslagen door de FLB (Front de libération de la Bretagne) in 1975 en 1979. Omdat de ontmanteling van de centrale de eerste was in de Franse geschiedenis, werd deze opgezet als een proefproject voor de toekomstige afbraak van andere kerncentrales. De ontmanteling werd opgezet in drie fases. In 2007 werd de ontmanteling bij het ingaan van de laatste fase voor onbepaalde tijd stopgezet, omdat het nog steeds radioactieve bouwafval niet kon worden afgevoerd.

Dolmen de Ty-ar-Boudiged
Dolmen de Ty-ar-Boudiged

Dolmen de Ty-ar-Boudiged door Jls2933

Deze dolmen is een van de weinigen die nog met aarde bedekt zijn. Het geheel vormt zo een peervormige heuvel.
De hoofdas is west-noordwest/oost-zuidoost georiënteerd. De dolmen zelf is van binnen V-vormig. De binnenruimte is ruim 13m lang, wordt vanaf de ingang (1,7 m) naar achteren toe regelmatig breder (3,1 m). Ook de interne hoogte neemt toe naar achteren, waar een niet-functionele pilaar te zien is. De ingang is verdwenen, maar er staan ​​nog drie platen op hun plek.
De heuvel is goed bewaard gebleven. Wel is het westelijke deel beschadigd en afgekapt door landbouwactiviteiten.

Deze dolmen is een overgangstype tussen dolmens met gangen en de allee couvertes. Dit V-vormige type komt vooral voor in het zuiden van Bretagne. Uit de koolstofdatering van houtskoolmonsters blijkt dat het om een dolmen uit de ​​periode tussen 3497 en 3053 v.Chr. te gaan.

Legendes
Ty-ar-Boudiged betekent ‘het huis van de feeën’ in het Bretons, maar het zou gebouwd zijn door dwergen die er woonden en voortdurend oorlog voerden tegen de reuzen die in Mougau-Bihan leefden. Volgens een variatie op deze legende wordt het gebouw bewoond door Korrigans. Verloofde paren kwamen hier naartoe om de eed van trouw af te leggen. De korrigans zorgden voor de bescherming van de deugd van de bruid en straften de verloofde zeer streng als hij te ondernemend was geweest vóór het huwelijk.
Volgens een andere traditie, gerapporteerd door abt Abgrall, zou de dolmen het graf zijn van een reus die in negenen gevouwen moest worden om hem erin te laten passen, maar deze legende zou in feite kunnen overeenkomen met een natuurlijke rotsformatie, waarvan de vorm doet denken aan die van een dolmen, gelegen nabij de begraafplaats van Brennilis en bekend onder de naam Bez-Guevrel of “graf van Gargantua”.

Monts d’Arrée

Wandeling

In het boekje ‘The Monts d’Arrée’ van Wendy Mewes staat een wandeling van 13 km vanaf vanaf Ferme d’Antéa, waar je kunt parkeren. Deze ferme is echter gesloten en of is er nog parkeergelegenheid is, is de vraag. Een alternatief is mogelijk de parkeerplaats van het Centre de formation chasse nature, dicht bij les Noces des Pierre (bruidsstoet van steen). Of anders is er de parkeerplaats bij Menez Mikel.
Nagenoeg dezelfde route is te vinden op de website van de gemeente Lannedern als pdf of op de website van RandoBreizh waar ook een GPX-bestand te downloaden is.

L’alignement An Eured Ven

Deze alignement werd voor het eerst genoemd door Jean-Marie Bachelot de La Pylaie in 1850 en was pas in 1978 voor het eerst archeologisch onderzocht.
De alignement staat op de grens van twee stroomgebieden: die van de Douffine en van de Ellez. Hij bestaat uit 77 menhirs van kwartsiet en kwartsietzandsteen en sterkt zich over een lengte van 380 m uit. De oriëntatie is over het algemeen van oost naar west, maar het is geen rechte lijn. Van het gebruik van lage staande stenen kan er verwarring optreden met de ook voorkomende natuurlijke stenen.

Alignement mégalithique de La Noce de Pierres à Brasparts door Pymouss

De twee grootste die nog overeind staan, zijn niet hoger dan 1,55 m. De andere variëren in hoogte van 0,30 m tot 1 m. Hun omvang neemt toe van west naar oost. De grootste zichtbare menhir is 1,55 m lang, maar deze is omvergeworpen en het is onbekend hoe diep hij oorspronkelijk ingegraven was.

Alignement mégalithique de La Noce de Pierres à Brasparts

We kunnen drie verschillende groepen onderscheiden: de eerste groep vanaf de oostkant bestaat uit zes rechtopstaande of omgedraaide stenen, waaronder de grootste in de rij. De tussenruimtes suggereren dat er enkele stenen ontbreken. Achter een helling wordt de alignement voortgezet met een tweede groep, bestaande uit drie stenen, die een soort scharnier vormt met de andere twee groepen.
De laatste groep bestaat uit de overige stenen die in een nogal kronkelig patroon zijn gerangschikt. In het midden bevindt zich een ovale heuvel (buitendiameter 22 m bij binnendiameter 14 m). Hier zou een klein houten gebouw kunnen hebben gestaan omgeven door een greppel.

Legende
De naam in het Frans is ‘La noce de pierres’, een vertaling van het Bretons. In het Nederlands zoiets als de ‘bruiloftsstoet van steen’. Volgens de legende was er namelijk een bruiloftsfeest en danste men in een lange rij toen er een priester langs kwam op weg om iemand het viaticum te brengen, de laatste gewijde hostie voor een stervende. De bruiloftsgasten negeerden de priester, bleven dansen en gingen niet opzij voor de priester. Daarop strafte God hen door hen in stenen te veranderen.

Lac Saint-Michel en Yeun Elez

Het stuwmeer van Saint-Michel, ook bekend als Lac Saint-Michel of Lac de Brennilis, is een kunstmatig meer van 450 ha, dat tussen 1929 en 1936 werd aangelegd. Het stuwmeer ontstond door de aanleg van een dam tussen twee heuvels, de Nestavel en de Forhan in de vorm van een 510 meter lange dijk bestaande uit een rechte muur aan de ene kant en 25 meter brede bogen aan de andere kant, ondersteund door steunberen die in het graniet zijn verankerd.
Het meer was onderdeel van een plan om de waterstroom van de rivier de Éllez te reguleren via een kanaal dat bijna 2 km verder uitkomt in de Éllez. Dit alles ten behoeve van een waterkrachtcentrale bij Saint-Herbot, die in 1922 was gebouwd. Dicht bij Saint-Herbot is nog een klein stuwmeertje.

Vlonderpad door de Yeun Elez

Vlonderpad door de Yeun Elez door Moreau.henri

De aanleg van het stuwmeer van Saint-Michel in de jaren dertig leidde tot veel verzet van landeigenaren en boeren. Zij gebruikten het veengebied in het hart van de Yeun Elez om er turf uit te halen en er vee te laten grazen. Ze verzetten zich tegen de onteigening van hun land, dat overigens weinig marktwaarde had. Maar ondanks hun protesten, vond in 1941 een tweede onteigeningscampagne plaats.

Tussen 1967 tot 1985 werd het water van het meer ook gebruikt om de kerncentrale van de EDF te koelen. Na 1985 wordt het nog gebruikt bij het ontmantelen van deze kerncentrale. Het stuwmeer vervult ook een rol bij het opvangen van lage waterstanden ten behoeve van stroomafwaarts gelegen steden zoals Châteauneuf-du-Faou en Châteaulin, die op hun beurt de toeristische gebieden aan de kust van water voorzien.

Menez Mikel of Mont Saint-Michel de Brasparts

Mont Saint-Michel de Brasparts (Menez Mikael-an-Are of plaatselijk Menez Sant-Mikael of Tuchenn Mikael) is een van de toppen van de Monts d’Arrée in Bretagne in de gemeente Saint-Rivoal. Het maakt deel uit van het Regionaal Natuurpark Armorique en kijkt uit over het veenmoeras van Yeun Elez. De berg heeft een hoogte van 381 meter en op de top staat de kapel Saint-Michel uit de 17e eeuw.

Aangenomen wordt dat de kapel op de top van Mont Saint-Michel de Brasparts aan het einde van de 17e eeuw een oude Keltische tempel verving die gewijd was aan de aanbidding van de zon.
Eerst werd er een tijdelijk oratorium gebouwd, waarschijnlijk een eenvoudige hut met palen en muren van in elkaar gevlochten takkenpanelen en leem net zoals de hutten die tot het begin van de 20e eeuw door de houtskoolbranders en klompenmakers werden gebruikt.

In 1672 werd besloten om een kapel van steen te bouwen. De heer van Kermabon, heer van Roudoumeur in Plonévez-du-Faou, eigenaar van de plaats, geeft hiervoor toestemming. Paus Innocentius XI ondertekende een bul waarin hij aflaat verleende aan toekomstige pelgrims. Het land rondom de kapel werd toen tot ongeveer 1870 deels eigendom van de abdij van Relec, deels van de boeren die er kwamen werken en deels van de herders die er hun kuddes hoedden.

Chapelle du Mont-Saint-Michel-de-Brasparts (Monts d’Arrée, Finistère, Bretagne) door Kergourlay

De stenen kapel werd op 29 september 1677, de dag van Sint-Michaël, ingewijd, maar werd waarschijnlijk pas in 1679 volledig voltooid. Deze kapel, soms ook wel de “Herderskapel” genoemd, was in de eerste decennia erg populair, getuige de financiële opbrengsten. Het aantal bezoekers liep in de 18e eeuw terug.

Chapelle du Mont-Saint-Michel-de-Brasparts (Monts d'Arrée, Finistère, Bretagne)

Een nieuwe kapel
De kapel was rond 1795, als we Jacques Cambry mogen geloven, in een erbarmelijke staat. Zij was tijdens de Revolutie verlaten en raakte in verval. Volgens de getuigenis van de rector van Brasparts uit 1806 waren er toen alleen nog stenen over die in aanmerking kwamen voor het repareren van andere kapellen. Maar de kapel werd in 1820 toch weer gerestaureerd en in juli 1821 opnieuw ingewijd. Vanaf 1835 werden er stenen rond de kapel opgestapeld om deze tegen de wind te beschermen. Ze stonden er in 1903 nog steeds. In 1842 werd naast de kapel een klein huisje gebouwd dat als schuilplaats voor pelgrims diende.

De herberg Saint-Michel (Ti Sant-Mikael)
Deze herberg werd in 1838 gebouwd. Het doel was om de weg van Quimper naar Morlaix te beveiligen, die destijds onveilig was vanwege de daar veel voorkomende roversbenden. Ook konden hier reizigers hun toevlucht nemen bij slecht weer, vooral in de toen nog strenge winters. Jacques Cambry schreef in 1795: “Onder uw voeten liggen zeer gevaarlijke moerassen, waar mannen en hun paarden ’s nachts ronddwalen. Voertuigen worden met man en al hier verzwolgen”. Deze herberg was de eerste in een reeks herbergen die in de rest van de 19e eeuw langs deze route werden opgericht, maar nu niet meer in gebruik zijn.

Sint Michael
Een getuigenis uit 1902 luidt: “Sint Michaël wordt in het bijzonder aangeroepen om goed weer te verkrijgen tijdens de oogst; we bidden ook tot hem voor de zieken; we zien vaak pelgrims rondlopen in de kapel binnen, op blote voeten.”
Vanaf het begin werden er twee pardons per jaar georganiseerd: de eerste op de “Sint-Michaëldag in september”, de tweede op de “Sint-Michaëldag in mei”, dat wil zeggen op 29 september en 8 mei. Vanaf 1915 en gedurende de hele Eerste Wereldoorlog werden er extra bedevaarten georganiseerd om de aartsengel Michaël aan te roepen, waarbij pelgrims baden voor de terugkeer van de vrede en de soldaten.

Toegangsweg
In 1919 werd een toegangsweg naar de berg aangelegd, waardoor de pelgrims en later ook toeristen, gemakkelijker de kapel konden bereiken. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd deze weg door de Duitsers verhard. Tijdens de Tweede Wereldoorlog installeerden de Duitsers namelijk op de top een radionavigatiesysteem voor hun bommenwerpers. De stenen van de pelgrimsschuilplaats en het lage muurtje uit de 19e eeuw werden gebruikt als basis voor het radionavigatiesysteem. Dat verklaart waarom deze verdwenen zijn.

Mont-Saint-Michel-de-Brasparts na de brand van 2022

Mont-Saint-Michel-de-Brasparts na de brand van 2022 door Moreau.henri

Na de branden in de zomer van 2022 is door het departement Finistère een restauratieplan voor de Monts d’Arrée gemaakt, dat vooral betrekking heeft op Mont Saint-Michel de Brasparts. De Bretonse zakenman François Pinault financierde de restauratie van de kapel en van de berg (70 hectare kwetsbaar natuurgebied). De restauratie van de kapel van Saint-Michel werd begin zomer 2023 voltooid, waarna deze weer voor het publiek kon worden geopend.

Zelfs vandaag de dag worden er nog druïdische ceremonies georganiseerd op de top van de berg. Van de vijftig druïden van Bretagne woont een aantal in de Monts d’Arrée. Volgens een druïde trekt dit land aan. Mont Saint-Michel is de oude berg Kronan, vernoemd naar de god van de levenscycli die door de lokale voorchristelijke bevolking werd vereerd.

Saint-Herbot

Saint-Herbot is een dorp dat grotendeels onder de gemeente Plonévez-du-Faou valt. Het dorp ligt op een steile helling van een vrij smalle vallei. Vroeger was er een waterval, een cascade, waarbij het water van een hoogte van 200 meter tot ongeveer 100m daalde. Maar door de kanalisatie van de Ellez, waarbij het water wordt omgeleid naar de waterkrachtcentrale, is de cascade verdwenen.
Het dorp is vooral ook bekend vanwege zijn enclos paroissial.  

De kerk van Sain-Herbot in Plonévez-du-Faou door Moreau.henri

Een eerste kerk die hier stond, werd verwoest tijdens de Successieoorlog in Bretagne (1341-1364). Paus Urbanus VI verleent vervolgens aflaten voor de wederopbouw van de Sancta Erbaudi . Deze werd vervangen in de late 15e eeuw en vroege 16e eeuw door de huidige kerk, dankzij donaties van pelgrims en de hertogelijke familie en uit de inkomsten van de traditionele jaarmarkten.

Het zuidelijke portaal, gebouwd door de hertogelijke werkplaats van Folgoët , en de klokkentoren zijn te danken aan het beschermheerschap van Anne de Bretagne.

In het zuidelijke portiek, in Italiaanse stijl (het was destijds een noviteit), staan beelden van de apostelen uit 1498.

De kerk van Sain-Herbot in Plonévez-du-Faou

Aan weerszijden van het portaal in het oosten staan gotische luifels. Sint Herbot is afgebeeld met zijn voeten omgeven door bladeren en met een boek in zijn hand boven de twee dubbele deuren.
Aan de voorzijde van het portiek staat een leistenen zonnewijzer uit 1587. Ook zijn er wapens en hermelijnen uit Bretagne uitgehouwen. Het hoofdportaal, aan de westkant, heeft een dubbele deur met een handvat, dat dateert uit de 15e eeuw.

Het interieur is opmerkelijk vanwege het houten doksaal uit de Bretonse renaissance met putti en groteske figuren.
Aan weerszijden van de toegangsdeur van het koor dat toegang geeft tot het koor, zien we nog de twee granieten tafels waarop de fokkers hun offers kwamen brengen en paardenhaar deponeerden.
Het hoogtepunt van de ramen is het glas-in-loodraam van de Passie (het dateert uit 1566 en is te danken aan de meesterglasmaker Thomas Quemeneur).

De zolder van de kapel van Saint-Herbot is per 14 januari 2001 tot beschermende biotoop voor vleermuizen verklaard. Het gaat om een broed- en overwinteringskolonie van de grote hoefijzerneus, evenals de laatvlieger, de franjestaart, de grijze grootoorvleermuis en de gewone dwergvleermuis. Deze beschermde soorten maken de zolder tot verboden gebied.

Calvaire

Calvaire van de kerk van Sain-Herbot in Plonévez-du-Faou

Calvaire van de kerk van Sain-Herbot in Plonévez-du-Faou door Moreau.henri

Deze heeft drie treden aan de voet en omvat ongeveer twintig figuren. Aan de westkant de gekruisigde Christus met Maria en Johannes. Twee engelen verzamelen het bloed van Christus in bekers. Aan de oostkant houdt Sint Herbot een opengeslagen boek vast. Aan zijn voeten een piëta.

Op de console waarop de groep zich bevindt, wordt aan de oostkant de lijkwade van Véronica getoond door engelen. Aan de westkant is er de opgestane Christus te zien.

Chaos van Mardoul

Chaos van Mardoul door Moreau.henri

De chaos van Milin Mardoul aan de Ellez-rivier (weg van Saint-Herbot naar Brennilis , sla rechtsaf voordat u het dorp Kermarc’h binnengaat) biedt een schilderachtig landschap van stenen in het midden van de rivierbedding. Het zijn de resten van twee oude bruggen op de plaats van een oude doorwaadbare plaats. Er zouden ook sporen te vinden zijn van offerrituelen van een voorchristelijke religie. Zijn dit de zogenaamde stenen potten (jarres en granite) in de rivier?

Chaos van Mardoul

Via Huelgoat (thee bij Sur La Route?) rijden we terug. Openingstijden van 13:30 tot 18:00u. Op donderdagochtend vanaf 11:00u.

Plaats een reactie